Waarom is een nieuw pensioenstelsel ook alweer zo hard nodig? De BPP zet het voor u op een rijtje...
Wij kunnen niet accepteren dat het verlies aan koopkracht inmiddels oploopt tot meer dan 24% van ons pensioen. Daar komt nog bij dat de oorzaak niet ligt in tegenvallende beleggingsresultaten. Het komt voornamelijk door de rekenregels de wet oplegt aan het pensioenfonds. Ondanks grote opbrengsten van het vermogen, kunnen pensioenfondsen de de pensioenen toch niet verhogen.
De pensioenfondsen moeten deze maatstaf voor hoge zekerheid nu toepassen, maar dat komt in de nieuwe regeling te vervallen. In theorie leidt dat tot een onzekerder pensioen, maar in de praktijk zal eerder en vaker geïndexeerd kunnen worden. Ook kortingen kunnen eerder voorkomen. Toch zien wij vooral voordelen in de nieuwe pensioenwet. Waar het zekere pensioen in de praktijk tot sterk verlies van koopkracht leidt, zal dat in het nieuwe stelsel niet of veel minder het geval zijn.
Het nieuwe stelsel sluit ook beter aan op veranderingen op de arbeidsmarkt. En komt tegemoet aan de wens om meer persoonlijk inzicht te krijgen in de eigen pensioensituatie. Om die voordelen ook echt te realiseren, stellen wij één belangrijke voorwaarde. Aan de invoering van het nieuwe stelsel gaat een overgangsperiode vooraf van 5 tot 6 jaar. Ook de regels tijdens deze overgang moeten recht doen aan een evenwichtige uitkomst voor alle generaties. Zeker ook voor de reeds gepensioneerden!