Eindelijk is het zo ver. De Tweede Kamer gaat de besluitvorming over het Wetsontwerp toekomst pensioenen (Wtp) afronden. De afgelopen week is daarbij belangrijk geweest.
Eindelijk konden berekeningen worden gemaakt op basis van de nieuwe parameters, waarmee de fondsen moeten gaan rekenen in de komende jaren. Een technisch debat daarover in de Tweede Kamer op woensdag gaf veel duidelijkheid. Donderdag vond het plenaire debat plaats. De stemmingen over de ingediende amendementen volgen aanstaande dinsdag. Donderdag 22 december zal dan de stemming over het gehele wetsontwerp plaats hebben.
De nieuwe parameters
Hoe zit het met de parameters? Om de vijf jaar geeft een onafhankelijke commissie advies over een aantal parameters waarop pensioenfondsen hun berekeningen moeten baseren. Dat is ook in de huidige regelgeving het geval. Het gaat dan over zaken als de rendementen van aandelen, onroerend goed en tal van andere beleggingscatergorieën. Maar ook over de economische scenario’s die in de rekenmodellen worden opgenomen.
Normaal gesproken zou het herzien van die parameters pas in de loop van de komende jaren plaatsvinden. Om te voorkomen dat dit midden in de invoering van het nieuwe stelsel gebeurt, is dit naar voren gehaald. Deze timing is belangrijk om zo met de meest actuele inzichten rekening te kunnen houden. Maar ook omdat daardoor de evenwichtigheid van de besluitvorming door de pensioenfondsen eenduidig kan zijn.
De uitkomsten van de aanbevelingen van de commissie parameters hebben ons geenszins verbaasd. De aangeleverde berekeningen die een aantal pensioenfondsen op die basis hebben gemaakt over de effecten, stellen ons gerust.
Belangrijk daarbij is op te merken dat er behoorlijk veel keuzevrijheid van de pensioenfondsen is om eventuele onevenwichtigheden of ongewenste uitkomsten te corrigeren. Een proces waarbij wij als BPP nadrukkelijk betrokken zullen blijven.
Het debat in de Tweede Kamer
Het afsluitende debat in de Tweede Kamer heeft opnieuw veel tijd in beslag genomen. Dat is zeker terecht vanwege het grote belang dat aan de orde is. Door de gedegen voorbereiding in de afgelopen periode, bleek het uiteindelijk toch mogelijk om met een relevante meerderheid tot besluitvorming te komen, waardoor ook in de Eerste Kamer op een dergelijke meerderheid kan worden gerekend. Dat neemt niet weg dat die behandeling in de Eerste Kamer nog van groot belang zal blijken te zijn waar het primair bij hen zal gaan over de zorgvuldigheidstoets van de wetgeving.
De zorgen van tegenstanders over de uitvoering door de pensioenfondsen konden immers nog niet geheel worden weggenomen. Aan de andere kant is duidelijk geworden dat voor de meerderheid van alle deelnemers, en in het bijzonder de gepensioneerden, de uitkomsten in het nieuwe stelsel beter zullen zijn dan in de huidige situatie (zie ook onze berichtgeving over de BPP Ledenbijeenkomst).
Onze voorlopige conclusies
Wij gaan ervan uit dat de besluitvorming in de Tweede Kamer komende donderdag uiteindelijk gunstig is voor al onze leden en ook voor de jongere generaties. Daarbij rekenen wij er wel op dat sociale partners, gepensioneerden organisaties en pensioenfondsbesturen gezamenlijk tot verantwoorde keuzes komen bij de verdere invulling van hun afspraken op fondsniveau. Wat betreft het beleid bij ons pensioenfonds PFZW, hebben wij daar vertrouwen in gelet op de betrokkenheid die wij als BPP daarbij zullen hebben en de intenties van alle partijen voor een evenwichtig proces en uitkomst..
Hebben wij via de stevige lobby van gepensioneerden organisaties alle punten die voor ons van belang zijn binnengehaald? Het eerlijke antwoord daarop is nee. Tegelijkertijd vinden wij dat dit wel ruim voldoende het geval is.Een belangrijk punt voor ons is dat de hele groep van gepensioneerden gelijkwaardig kan worden behandeld voor de toerekening van rendementen. Dat is een punt dat overigens nog sterk afhankelijk is van de uitslag van de stemmingen komende week. Door de versterking van de positie van onze organisaties bij de invulling op fondsniveau, is er bovendien voldoende ruimte gekomen om deze rol adequaat te vervullen.
Auteur: Cees Michielse