Kamer nog niet klaar met pensioendebat
Het debat in de Tweede Kamer over de nieuwe pensioenwet ging op 2 november tot diep in de nacht door. Tijdens het vervolg op 10 november zal blijken of de Kamer tegemoet komt aan onze verbeterpunten…
Het debat op 2 november werd na dertien uur geschorst rond half twee 's nachts, terwijl minister Schouten nog niet aan het woord was geweest. Het debat krijgt daarom een vervolg op 10 november. Natuurlijk zullen we ook dat weer op de voet volgen. Vooral omdat dan amendementen worden ingediend op punten die voor ons belangrijk zijn:
- de vraag of een koopkrachtbestendig pensioen, bij een normale inflatie van 2 of 3 %, kan worden gerealiseerd,
- of de medezeggenschap van gepensioneerden tijdens de overgangsperiode naar het nieuwe stelsel wordt versterkt,
- of er duidelijke richtlijnen komen voor de invulling van het belangrijke begrip evenwichtigheid.
Verdeeldheid in de Kamer
Tijdens het debat was de verdeeldheid tussen de partijen duidelijk merkbaar. De oppositiepartijen brengen naast inhoudelijke bezwaren ook veel details naar voren die onnodig vertragen. Ze beïnvloeden daarmee het proces van besluitvorming. Terwijl de regeringspartijen de wet juist hoe dan ook zo snel mogelijk door de Kamer willen. Dat heeft te maken met hun afspraak in het regeerakkoord dat de Pensioenwet er komt.
Bij zowel voor- als tegenstanders valt ons op dat de kennis over de nieuwe wet en de pensioenproblematiek te wensen overlaat, een enkele uitzondering daargelaten. Door onze intensieve contacten met de betreffende Kamerleden doen we er alles aan om dat inzicht te vergroten.
Omtzigt vraagt verheldering
De inbreng van onafhankelijk Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt helpt daar ook bij. Hij houdt een aantal punten die om verbetering of verheldering vragen scherp in beeld. Wilt u daar meer over weten? Dan bevelen wij het terugkijken van zijn betoog in de Tweede Kamer aan over de onduidelijkheden in de nieuwe pensioenwet.
Er is echter een probleem in zijn benadering. Omtzigt vraagt naar uitkomsten van berekeningen die alleen per pensioenfonds te maken zijn. De berekeningen zijn afhankelijk van de specifieke situatie van ieder fonds (zoals de vermogenspositie, de leeftijdsopbouw per fonds en de inhoudelijke pensioenregeling).
Hij wil nu al inzicht in het advies van de commissie parameters, maar dat wordt pas eind november verwacht. Bovendien moeten de sociale partners nog hun keuzes maken voor de inhoud van de nieuwe pensioenregeling. Meer hierover vindt u terug in ons eerdere artikel over de pensioendiscussie.
Vooruitgang?
Wij blijven hopen op een gedegen, maar ook snelle afhandeling van dit wetgevingstraject. De huidige situatie in de economie en de buitenlandse politiek maken de discussie wel complexer. Er spelen veel onzekerheden over de toekomst, die samengaan met een extreem hoge inflatie. Geen enkel pensioensysteem lijkt bescherming te kunnen bieden tegen een langdurige inflatie boven de 3%.
Of de (waarschijnlijke) uitkomsten in het nieuwe stelsel beter en stabieler zijn dan in het huidige stelsel? De genoemde aanpassingen die wij wensen zijn daarvoor noodzakelijk. Al staat voor ons wel vast dat we met het nieuwe stelsel in ieder geval vooruitgang boeken ten opzichte van het bestaande stelsel.
Cees Michielse